Forse subsidie vanuit Nationaal Groeifonds is kickstart voor cellulaire agricultuur in Delft

Hoe produceren we voldoende gezonde en duurzame voeding voor de steeds groeiende wereldbevolking? Met alleen traditionele landbouw en veeteelt redden we het niet. Cellulaire agricultuur biedt uitkomst: productie van dierlijk eiwit op basis van cellen in plaats van dieren. Het Nationaal Groeifonds gelooft erin. Het investeert 60 miljoen euro subsidie in onderwijs, onderzoek en bedrijvigheid. En Delft wordt een hotspot!

Nederland loopt voorop als het gaat om biotechnologie. Dat was vroeger zo, en dat is nu zo. Als eerste land ter wereld investeerde het in publiek onderzoek naar gecultiveerd vlees: vlees waar geen dier voor geslacht hoeft te worden. En als eerste presenteerde het, in 2013, een hamburger op basis van dit kweekvlees. De toekomst is veelbelovend voor deze innovatieve productiemethode. Maar voordat de Nederlandse kweekburger wereldwijd in de schappen ligt moet er nog veel gebeuren. Cindy Gerhardt, managing director van Planet B.io: “We gaan een economische sector ontwikkelen die nu nog niet bestaat; we gaan vlees en zuivel produceren op een planeet- en diervriendelijke manier, uit cellen gekweekt in bioreactoren. Dat kan alleen als we dat met zijn allen doen: onderwijs, onderzoek, bedrijven, netwerk- en sectororganisaties en overheden. Een heel ecosysteem van Nederlandse partijen zet hier samen de schouders onder.” 

IJzersterk consortium

Het begin is er. In Limburg en in Delft ontwikkelen twee startups – Mosa Meat en Meatable – al kweekvlees. Zij zijn erin geslaagd om investeerders te vinden. Eén daarvan is DSM. In Planet B.io op de Biotech Campus Delft vond Meatable een inspirerende werkomgeving en in Cindy Gerhardt iemand die onvermoeibaar bouwde aan een netwerk om innovatieve startups te laten groeien. “Toen we hoorden over de innovatiesubsidie 'Nationaal Groeifonds', hebben we een ijzersterk consortium opgericht, Cellulaire Agricultuur Nederland. Dit consortium bestaat uit universiteiten, startups, duurzaamheidsorganisaties en bedrijven die weten hoe je een innovatie kunt opschalen tot een succesvol marktproduct. Samen betrekken we tientallen andere organisaties bij het realiseren van cellulaire agricultuur als nieuwe duurzame sector in Nederland. Denk bijvoorbeeld aan investeerders en regionale ontwikkelmaatschappijen, voedselproducenten voor de cellen, apparatuur bouwers en straks ook restaurants en supermarkten. Al die partijen zijn onmisbaar als je de samenleving rijp wilt maken voor zo'n nieuw concept.”

Bijna de helft van de 14 deelnemende partijen is gevestigd in Delft. Gerhardt: “Dat is natuurlijk geen toeval, we zijn hier al meer dan 150 jaar actief op het gebied van biotechnologie. We hebben een startup (Meatable), een groot bedrijf (DSM), een proeffabriek (BPF), een onderzoeksinstituut (CE Delft), een netwerkorganisatie (Planet B.io) en een universiteit (TU Delft).”

Subsidie van 60 miljoen 

Het consortium heeft de wind in de zeilen. De Nederlandse overheid kende Cellulaire Agricultuur Nederland onlangs een subsidie toe van €60 miljoen euro voor onderzoek, onderwijs en opschaling. De subsidie komt uit het Nationaal Groeifonds, een fonds voor initiatieven met de meeste potentie voor structurele en duurzame economische groei. “We krijgen deze impuls om de positie van Nederland op dit gebied verder uit te bouwen. Dat doen we samen. De vraag naar dierlijke eiwitten als vlees en zuivel is zó groot, dat we met gecultiveerd vlees en melk geen bedreiging vormen voor de bestaande sector, maar een oplossing om in de steeds maar groeiende vraag te voorzien. Onderling concurreren de cellulaire agricultuurbedrijven ook niet. Alles moet nog ontwikkeld worden, hoe meer partijen daaraan meewerken hoe beter.” 

Groene toekomst 

Behalve in onderzoek, onderwijs en opschaling, moet er ook veel werk verzet worden op het gebied van maatschappij en economie. Cindy Gerhardt: “Er moet bijvoorbeeld nieuwe wetgeving komen voor nieuwe levensmiddelen. Ook gaan we met de boeren om tafel om te kijken welke rol zij op kunnen pakken. En met de consument om te horen welke wensen en eisen zij hebben. En met de overheid over eerlijke concurrentieverhoudingen.” Voor deze activiteiten is de subsidie niet bestemd. “Dat moeten we anders oplossen”, zegt Gerhardt. “Maar het groeifonds geld geeft ons wel een kickstart voor het ontwikkelen van nieuwe opleidingen en onderzoek. De netwerkpartners zorgen ervoor dat het consortium gaat vliegen.” Op de Biotech Campus Delft is het nieuws van de subsidie dan ook met gejuich ontvangen. “De basis is gelegd. Als één nationaal consortium met internationale ambitie werken we samen aan een groene toekomst voor onze planeet.”